Verzekeraars

Ik zoek een erkend beveiligingsbedrijf

Waarom een VEB-erkend beveiligingsbedrijf?

Je hebt als verzekeraar de zekerheid dat een VEB-erkend beveiligingsbedrijf de door jou gewenste kwaliteit levert. Raadpleeg het ledenoverzicht voor het overzicht van de VEB-erkende Installatiebedrijven.  

Verzekeraars

Meer informatie?

Lees meer over de specifieke verschillen tussen Borg en VEB. In het overzicht  VEB en VRKI-documenten staan diverse relevante documenten die je kan downloaden. Wellicht heb je vragen die niet bij de veel gestelde vragen staan of misschien wil je in een persoonlijk gesprek meer informatie over de VEB? Neem dan contact op met het secretariaat of gebruik het contactformulier.

Neem contact op

Veel gestelde vragen | FAQ

Verzekeraars zijn individueel bevoegd om eigen eisen te formuleren. Zij kunnen derhalve afwijken van toepassing van de VRKI. Het Verbond van Verzekeraars stimuleert de toepassing van de VRKI echter wel. Verzekeraars die de VRKI omarmen, zullen dan ook Borg en de VEB kwaliteitsdocumenten accepteren (Certificaten en Opleveringsbewijzen), omdat beide documenten aangeven dat er overeenkomstig de VRKI beveiligd is. De meest actuele versie van de VRKI kunt u raadplegen onder de “download VEB en VRKI” pagina.

Rabobanken zijn de verkoopkanalen voor o.a. verzekeringen van Interpolis. Interpolis accepteert de VEB-kwaliteitsdocumenten.

Bij vragen verwijzen wij de Rabobank naar de afdeling Verkoopondersteuning. Ook op de Interpolis website in “Brein” staat hier meer informatie over.

Qua uitvoering van de beveiligingsmaatregelen is er geen verschil. Beide documenten geven aan dat er is beveiligd volgens de VRKI en dat alle bijbehorende beveiligingsmaatregelen van de  geconstateerde beveiligingsklasse, zijn uitgevoerd.

Qua uitvoering van de beveiligingsmaatregelen is er geen verschil. Beide documenten geven aan welke maatregelen er volgens de systematiek van de VRKI zijn uitgevoerd. Beide documenten geven ook aan dat er geen volledige beveiligingsklasse (OBER) is uitgevoerd. Beide documenten kunnen een deelcertificaat zijn, maar dat hoeft niet.

Het VEB Opleveringsbewijs kan afgegeven worden als er een installatie is aangelegd waarbij de totale uitgevoerde beveiligingsmaatregelen afwijken van de VRKI. De benodigde beveiligingsklasse is wel vastgesteld, maar niet volledig gevolgd.

(zie hiervoor ook veelgestelde vraag “Totaal/Deelbeveiliging” en “Wat is deelbeveiliging”)

Dit is de oude benaming voor een VEB-beveiligingscertificaat. Op verzoek van de verzekeraars is de naam Installatie Attest vervallen en heeft dit document, met dezelfde betekenis als het BORG Beveiligingscertificaat, ook dezelfde benaming gekregen.

De VRKI is een landelijk vastgesteld meetinstrument om te bepalen hoe een risico adequaat beveiligd zou moeten worden. Een VEB-erkend Installatiebedrijf kan dit per risico vaststellen, beveiligen is tenslotte maatwerk. 

Verzekeraars zijn individueel bevoegd om ook eigen eisen te formuleren. Zij kunnen derhalve afwijken van toepassing van de VRKI. Het Verbond van Verzekeraars stimuleert de toepassing van de VRKI echter wel.

Een consument is niet verplicht om overeenkomstig de VRKI te beveiligen. Echter, als aan de beveiligingswens een eis van de verzekeraar ten grondslag ligt, is het wel verstandig aan deze eis te voldoen. De VEB adviseert consumenten vooraf hun  verzekeringsvoorwaarden te raadplegen en te overleggen met hun installatiebedrijf. Het is raadzaam consumenten erop te wijzen dat het niet voldoen aan de verzekeringseis zonder overleg met de verzekeraar, als gevolg kan hebben dat men niet verzekerd is en dat er bij schade wellicht niet uitbetaald wordt.

De risicoklasse is het resultaat van een beveiligingsanalyse met behulp van de VRKI. De beveiligingsklasse is het resultaat van de werkzaamheden zoals aangegeven in de VRKI; de O,B,E en R maatregelen en geven een representatieve afspiegeling weer van het beveiligd vermogen van een object. Qua klasse indeling is er geen verschil, beide klassen duiden hetzelfde beveiligd vermogen aan.

De VEB streeft totaal beveiliging na. Hierdoor wordt aan alle VRKI maatregelen (Organisatorisch, Bouwkundig, Electronisch, Reactie etc) aandacht geschonken en de verantwoordelijkheid van en het aanspreekpunt over de genomen maatregelen liggen hierdoor bij één beveiligingsbedrijf. Dit is wel zo duidelijk voor alle betrokkenen.

Deelbeveiliging dient niet verward te worden met compartimentering of partiële beveiliging:

Deelbeveiliging geeft aan dat er uitsluitend delen van de VRKI maatregelen zijn genomen:
– O staat voor Organisatorisch
– B staat voor Bouwkundig
– E staat voor Elektronisch
– R staat voor Reactie cq opvolging.

Daarnaast spreekt men over Meeneembeperkende maatregelen en Compartimentering.

Compartimentering of partiële beveiliging kan toegepast worden indien in bijvoorbeeld één ruimte van een object een hoge attractieve waarde aanwezig is. In sommige gevallen is het mogelijk uitsluitend dat deel waar die attractieve zaken zich bevinden, te beveiligen volgens de eisen die daarvoor gelden. De overige gedeelten van het object kunnen op deze manier lager beveiligd zijn. Men spreekt dan over “toepassen van compartimentering” of over partiële beveiliging.

Dit dient niet verward te worden met de term “deelbeveiliging“.

Compartimentering of partiële beveiliging kan toegepast worden indien in bijvoorbeeld één ruimte van een object een hoge attractieve waarde aanwezig is. In sommige gevallen is het mogelijk uitsluitend dat deel waar die attractieve zaken zich bevinden, te beveiligen volgens de eisen die daarvoor gelden. De overige gedeelten van het object kunnen op deze manier lager beveiligd zijn. Men spreekt dan over “toepassen van compartimentering” of over partiële beveiliging.

Dit dient niet verward te worden met de term “deelbeveiliging”.

Het Programma van Eisen (PvE) is een vragenlijst/document waarop aan de hand van de gegevens van de klant, de benodigde beveiligingsklasse vastgesteld wordt overeenkomstig de standaard VRKI eisen.

De VEB-vakman zal vaststellen hoe het risico beveiligd zou moeten worden volgens de VRKI. En hij zal aangeven hoe hij dat zou willen verwezenlijken. Het PvE is dan ook een vakkundig advies van de installateur. Zowel de opdrachtgever als het beveiligingsbedrijf ondertekenen dit document voor het uitgebrachte beveiligingsadvies.

Het is  vervolgens aan de opdrachtgever of het beveiligingsadvies wordt gevolgd. Is de beveiligingseis op aangeven van de verzekeraar, dan is het raadzaam om het VRKI advies te volgen. Indien de opdrachtgever (de klant) dit advies niet opvolgt, kan dat betekenen dat er bij inbraakschade geen (volledige) uitkering van geleden schade plaats vindt. 

Een beveiligingsplan is een document waarin de te nemen maatregelen uitgebreid gemotiveerd worden toegelicht en uitgewerkt. Het maken van dit plan is maatwerk en kost een beveiligingsbedrijf tijd. Er kunnen daarom kosten aan verbonden zijn.

De VRKI training is geschikt en staat open voor onze leden, maar ook voor overige belanghebbenden. Meer informatie kunt u vinden bij Opleidingen.

Het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV) is een overheidsinstantie. Het doel van het CCV is Nederland veilig en leefbaar te maken. Samen met het Verbond van Verzekeraars is door het CCV de VRKI ontwikkeld. Ook op de site van het CCV is relevante informatie over de VRKI te vinden, kijk hiervoor bij veel gestelde vragen over de VRKI.

Dit staat voor Politie Keurmerk Veilige Woning. PKVW richt zich op bouwkundige beveiliging bij particuliere woningen. Een alarminstallatie valt niet onder PKVW. Een projectontwikkelaar bouwt steeds vaker onder “PKVW”, omdat de bouwvoorschriften eisen stellen aan nieuwbouw die overeenkomen met de eisen van PKVW. Een PKVW Certificaat staat bouwkundig gelijk aan een opleverbewijs B1 + O1. Daarnaast stelt PKVW onder andere nog extra eisen aan de aanwezigheid van rookmelders, de aanwezigheid van buitenverlichting bij opengaande deuren en aan veiligheid van de omgeving. Hieronder de basiseisen PKVW:

Basis-eis W1:”Deuren die toegang tot de woning kunnen verschaffen, zijn tenminste drie minuten inbraakwerend. Vanuit de woning kunnen bewoners zien wie er voor de voordeur staat.”

Basis-eis W2:”Ramen en ventilatieopeningen, die volgens de definitie ‘bereikbaarheid’ toegang tot de woning verschaffen, zijn tenminste drie minuten inbraak werend.”

Basis-eis W3:”Kelderramen, luiken, lichtkoepels en dakramen, die volgens de definitie ‘bereikbaarheid’ toegang tot de woning kunnen geven, zijn tenminste drie minuten inbraak werend.”

Basis-eis W4:”Deuren die toegang tot de woning kunnen geven en die zichtbaar zijn vanaf de openbare weg of vanuit andere woningen, zijn bij duisternis verlicht.”

Basis-eis W5:”Bewoners worden tijdig gealarmeerd als rook ontstaat.”

Basis-eis W6:”Bewoners worden voorgelicht over veilig gedrag.”